Vandaag was tout beau monde van schrijversland verzameld op het Rokin voor de heropening van het verhuisde Scheltema. Wat doe je dan als aspirant auteur? Juist, je springt op de fiets, gewapend met een stapeltje flyers…
Tja, en daar sta je dan je tot je grote schaamte te beseffen dat je voornamelijk teeveekoks herkent. Zonde dat mensen geen bordje om hun nek hebben hangen met wie ze zijn en wat ze doen. Mijn lengte helpt ook niet bij het tot stand brengen van een goed gesprek. Lachend erbij gaan staan als een boerin met kiespijn, terwijl mensen in gesprek zijn? Nee, dat gaat ’m echt niet worden.
Met de openingszin ‘Ik zou gek zijn als ik het niet doe’ Miss Koffietijd, Joop van den Ende en Gaston ‘Postcodeloterij is his middle name’ Starreveld flyers in de hand gedrukt. Vervolgens al mijn moed bijeen geraapt en als een ‘deer in headlight’ gepitcht bij de uitgever van Luitingh-Sijthoff, die in al zijn vriendelijkheid mijn veel te lange gekakel aanhoorde. De lift ging een paar keer tussen begane grond en penthouse op en neer, dus van een effectieve elevator pitch mocht geen sprake zijn.
Ja, ik zal de laatste zijn die het ontkent: ik doe maar alsof ik weet waar ik mee bezig ben. Maar dat e-mailadres van die uitgever, dat heb ik in ieder geval op zak.
Zal het ooit iets worden met mij en netwerken? Ik weet het niet. Vooralsnog ben ik te verstijfd van angst om er de lol te van in te zien, maar als deze kleine vis een grote(-re) vis wil worden, zal ik het moeten blijven proberen.
Ik hoop dat, mocht het me ooit lukken en ik niet opnieuw op het zijspoor van frustratie beland (nee, dat zeker niet!), ik me herinner hoe verschrikkelijk het is om je als kleintje tussen de groten te wagen. Ik zal proberen om een plekje in mijn kruiwagen vrij te houden voor de grootogige guppy’s die net doen alsof ze precies weten waar ze mee bezig zijn.
(Bron foto: pixabay, PDpics.)